Manometrie(drukmeting)slokdarm
De manometrie van de slokdarm wordt uitgevoerd om een indruk te kriijgen van de spierbewegingen in de slokdarm en de werking van de kringspieren op de overgang van keel naar slokdarm en slokdarm naar maag. Dit onderzoek wordt door je arts aangevraagd om te kijken of je klachten misschien komen door een slecht werkende slokdarm. Met behulp van een katheter kunnen drukken worden bepaald in de slokdarm en beide kringspiertjes. De katheter bevat een aantal openingen waar onder continue druk en met een continue snelheid water doorheen loopt. Tijdens een samentrekking worden deze openingen door de slokdarm dichtgedrukt. Hierdoor ontstaat een afname van de vloeistofstroom, met stijging van de druk tot gevolg, deze drukverandering wordt geregistreerd.
Voorbereiding
Ter voorbereiding op het onderzoek moet je nuchter zijn, dit betekent dat je de avond voor het onderzoek vanaf 19.00 uur niets meer mag eten en drinken. Is het onderzoek na 12.00 uur 's middags, dan mag je vaak wel een beschuitje eten en wat water of thee zonder suiker drinken. Overleg dit met je arts of lees de informatiebrochure die je vanuit het ziekenhuis krijgt. Ieder ziekenhuis heeft hiervoor namelijk haar eigen beleid. Medicijnen die de peralstatiek van de slokdarm beïnvloeden, worden 3 dagen voorafgaand aan het onderzoek gestopt. Welke medicijnen dit zijn, moet met de arts worden overlegd.
Het onderzoek zelf
Je neemt plaats in een gemakkelijke stoel of op een bed dat met het hoofdeinde overeind staat. Bij het onderzoek wordt er een sonde, met om de paar centimeter een sensor, door je neusgat geschoven. Op deze sensor zitten 4 meetpunten, de katheter wordt zover doorgeschoven tot de meetpunten in de maag liggen. Als de sonde op zijn plaats ligt mag je op een bed plaats nemen en kunnen alle meetdraadjes worden aangesloten. De sonde staat via de draadjes in verbinding met een computer. Het inbrengen van de sonde kan een erg vervelend gevoel geven, sommige artsen verdoven de neus van te voren met een neusspray, het inbrengen wordt dan makkelijker.
Als de sonde door het keelgat geschoven wordt kan het zijn dat je kokhals neigingen krijgt, schaam je hier niet voor, dit is heel normaal. Wat kan helpen is aan lekkere dingen denken en je kin op je borst duwen, dit maakt het doorslikken makkelijker. Vaak is er bij het onderzoek ook een verpleegkundige aanwezig die je op het juiste moment aanwijzingen geeft om het zo aangenaam mogelijk te maken. Tijdens het inbrengen mag je kleine slokjes water drinken om te zorgen dat de slang gemakkelijker glijdt. Als de sonde op zijn plaats zit, begint het daadwerkelijke onderzoek. Er zal 10 keer worden gevraagd om een slokje water te nemen waarbij de sonde in stapjes van 1 cm wordt teruggetrokken. Ondertussen wordt de onderste slokdarm kringspierdruk en de peralstaltische golven in de slokdarm gemeten. Dit net zolang tot de laatste sensor de kringspier tussen de slokdarm en keel passeert, je word opnieuw gevraagd wat water door te slikken terwijl de sonde uit de neus wordt gehaald. Het onderzoek is nu voorbij, in totaal duurt het ongeveer 45 minuten.
Na het onderzoek
Na het onderzoek mag je alles weer gewoon eten en drinken. Als je neus verdoofd is kan dit een raar gevoel geven en soms kan ook de bovenlip een beetje verdoofd aanvoelen maar dit gaat vanzelf over.